2. Installatie van de warmtepomp
Installeer de buitenunit van de warmtepomp
Zorg dat deze staat op een stevige ondergrond met voldoende ruimte voor lucht in- en uitlaat en dat de unit toegankelijk blijft voor onderhoud:
- Minimale afstand van 30 tot 60 centimeter van muren of andere obstakels
- Minimale afstand van 60 centimeter aan de voorzijde (toegangszijde) van de unit
- Waterpas ondergrond en overweeg trillingdempers te gebruiken
- Let op de uitblaasrichting om eventueel geluidsoverlast te minimaliseren
Plaats de CV-ketel en binnenunit van de warmtepomp
Zorg ervoor dat je de warmtepomp correct aansluit op het verwarmingssysteem en de CV-ketel. Let op de aanbevolen afstand tussen de warmtepomp en de CV-ketel voor optimale prestaties. Er mag maximaal 30 meter afstand tussen de binnen- en buitenunit zitten. Vanaf 20 meter gaat het warmteverlies meespelen en moeten er voldoende grote leidingdiameters gekozen worden, met goede isolatie op de leidingen.
- Kies een centrale locatie om een gelijkmatige verdeling van warmte te bevorderen
- Zorg ook hier voor voldoende onderhoudsruimte (minimale vrije ruimte van 60 centimeter)
- Gebruik trillingsdempende materialen om de overdracht van trillingen te minimaliseren
- Realiseer de route van koelmiddelleidingen, condensafvoer en elektrische bekabeling
- Isoleer de koelmiddelleidingen om condensatie en energieverlies te voorkomen
3. Aansluiten van leidingwerk
Op de ATAG website zijn alle hydraulische en elektrische schema's per product te vinden. Zoek jouw product in de productzoeker voor installateurs en vind direct alle relevante documentatie.
Verbind met het bestaande verwarmingssysteem
Verbind de warmtepomp en de CV-ketel met het bestaande verwarmingssysteem. Zorg hierbij voor een correcte hydraulische balans voor een efficiënte werking.
Realiseer de elektrische aansluitingen
Sluit de elektrische bedrading aan, inclusief de voeding voor de warmtepomp en eventuele regelsystemen of thermostaten.
4. Integratie met de CV-ketel
Stel de CV-ketel in
Stel de CV-ketel correct in om te functioneren in combinatie met de warmtepomp. Pas de instellingen van de CV-ketel aan voor optimale samenwerking.
- Stel de CV-ketel in op ‘back-up’ of als ‘continu’: de rol hangt af van de verwarmingsbehoefte
- Stel de hybride regeling in die automatisch kiest tussen warmtepomp en CV-ketel
- Zorg voor dat de CV-ketel op het juiste moment activeert door temperatuurinstellingen te checken
- Kies voor de juiste watertemperatuur van de CV-ketel (LTV, tussen de 45-55°C)
- Waak ervoor dat de CV-ketel moduleert om zijn vermogen aan te passen naar actuele warmtevraag
- Check de pompsnelheid voor een uitstekende watercirculatie
- Voer de benodigde veiligheidscontroles uit
5. Systeemcontroles en inregeling
Start op en controleer
Start het systeem op en controleer alle functies, inclusief de automatische omschakeling tussen de warmtepomp en CV-ketel.
- Volg de opstartprocedure(s) van ATAG Verwarming
- Controleer alle componenten op de juiste werken en voorkom lekkages of losse aansluitingen
- Test de automatische omschakeling tussen de warmtepomp en CV-ketel
Reguleer het systeem
Reguleer het systeem voor optimale prestaties, inclusief de instelling van de warmtepomp voor LTV en de aanpassing van de CV-ketel op de warmtevraag.
- Stel de warmtepomp in voor optimale prestaties bij LTV-systemen
- Stem de werking van de CV-ketel af op de warmtevraag en de warmtepompwerking
- Voer een hydraulische balancering uit van het gehele systeem
- Controleer en configureer de thermostaatinstellingen
6. Instructie en documentatie
Bied instructie aan de huiseigenaren
Geef een uitgebreide instructie aan de huiseigenaren over het gebruik en onderhoud van het systeem, met bijzondere aandacht voor de instellingen van de thermostaat en de bediening van de warmtepomp.
Voorzie in de juiste documentatie
Lever alle relevante documentatie aan de bewoners, inclusief garantiebewijzen, onderhoudsschema's en handleidingen.
7. Onderhoud en nazorg
Stel een onderhoudsplan op
Stel een onderhoudsplan op en bespreek dit met de huiseigenaren. Gebruik hiervoor de onderhoudsinstructie die in de installatiehandleiding genoemd wordt. Regelmatig onderhoud is immers essentieel voor de betrouwbaarheid en levensduur van het systeem.
Bied nazorg en ondersteuning aan
Hebben de huiseigenaren nog vragen of ontstaan er onverhoopt problemen na installatie? Zorg er dan voor dat de huiseigenaren je eenvoudig bereiken, voor de juiste nazorg.
Na de installatie is het van belang om het systeem een bepaalde periode te monitoren om te verzekeren dat het blijft functioneren zoals bedoeld. Dat doe je heel eenvoudig met de ATAG ProZone, hét beheerplatform voor installateurs. De ATAG ProZone werkt samen met de One Zone kamerthermostaat en biedt direct inzicht in de data van alle geïnstalleerde ATAG-producten.